In deze module gaan we dieper in op de belastingszijde en hoe slimme pompen in een Distributed Pumping systeem in staat zijn om het juiste debiet en de juiste druk te leveren aan elke afzonderlijke tak van het systeem.

We benadrukken ook kort de voordelen van automatische balancering en comfort bij het gebruik maken van slimme pompen in plaats van kleppen. In een Distributed Pumping systeem doet de belastings- oftewel secundaire zijde dienst als een autonome, automatisch gebalanceerde tak met meerdere autonome, slimme gedistribueerde pompen die de AHU‘s (luchtbehandelingsapparaten) of FCU‘s (ventilatorconvectoren) voorzien.

Het gekoelde water dat de koelmachines produceren wordt gebruikt voor de koelspoelen in de eindapparaten bijvoorbeeld de AHU‘s en FCU‘s. AHU‘s en FCU‘s reconditioneren en circuleren de lucht voor meerdere zones als onderdeel van een verwarmings-, ventilatie- en air-conditioningsysteem, oftewel HVAC-systeem.

AHU‘s zijn aangesloten op een buizennetwerk dat de geconditioneerde lucht distribueert naar meerdere zones in het gebouw en soms via FCU‘s voor enkele zones. Grundfos Distributed Pumping maakt kleppen overbodig en gebruikt in plaats daarvan slimme pompen in dit geval de onderhoudsvrije natlopende MAGNA3 circulatiepomp met ingebouwde toerenregeling.

Om terugstroming te voorkomen worden er in elke koeltak terugslagkleppen geplaatst voor het geval dat de gedistribueerde pomp of het eindapparaat niet in bedrijf is. In een Grundfos Distributed Pumping systeem kunnen de MAGNA3 pompen in twee opstellingen worden geïnstalleerd:

1. Een afzonderlijke pomp per eindapparaat, of
2. Een afzonderlijke pomp voor meerdere eindapparaten.

Voor de twee opstellingsmogelijkheden wordt het debiet gebaseerd op metingen vanuit respectievelijk

1. een luchttemperatuurmeter in de toevoerbuis, of
2. een vloeistofdruksensor in de retourleiding voor het koelwater of de interne druksensor in de MAGNA3.

De MAGNA3 biedt een aantal verschillende regelstanden. De gekozen regelstand is van essentieel belang voor het juist presteren van een Distributed Pumping toepassing. De gedistribueerde pompen passen zich aan de gevraagde belasting aan via het sensorsignaal precies zoals een normaal temperatuurregelventiel dat doet.

Typische regelstanden voor de opstellingen in de aangegeven installatietypes zijn respectievelijk:

1. Constante temperatuur, of
2. Proportionele druk.

Met controle over het debiet hebben we ook controle over de energieoverdracht. Hierdoor kunnen de gedistribueerde pompen bijna 80% van de capaciteit behalen met slechts 50% debiet.

Echter, de sleutel tot het leveren van het juiste debiet voor elke tak van het gedistribueerde pompsysteem is een juiste dimensionering, installatie en inbedrijfstelling. Het is daarom van essentieel belang dat u uw systeem en toepassing begrijpt om van de voordelen van automatische balancering en comfort te profiteren.

Neem voor meer informatie contact op met uw lokale Grundfos verkoopbedrijf.