Om het meeste uit je pompen te halen is het belangrijk om te weten hoe ze het best functioneren.

En om dat te weten moet je weten hoe pompcurves in elkaar zitten.

In deze module maak je kennis met pompcurves en leer je waar ze voor gebruikt worden.

Laten we beginnen.

Simpel gezegd is een pompcurve een grafische weergave van de prestaties van een pomp. Curves geven informatie over verschillende aspecten van de prestaties van een pomp, en helpen je op basis van wat je nodig hebt
de juiste pomp te bepalen en selecteren

Pompcurves verschillen van pomp tot pomp, en deze verschillen zijn afhankelijk
van diverse factoren, zoals de stroom en de grootte en vorm van de waaier.

In hun simpelste vorm tonen pompcurves het debiet (Q) en de opvoerhoogte (H) van de pomp.

Het debiet is de snelheid waarmee het water door het systeem moet bewegen.

Opvoerhoogte geeft aan hoe hoog een pomp water omhoog kan brengen.

We bespreken nu een aantal van de meest voorkomende pompcurves.

Dit zijn:
de QH-curve
de ŋ-curve
de P2-curve
en de NPSH-curve

De QH-curve toont de opvoerhoogte die de pomp bij een gegeven debiet kan bieden. Deze wordt doorgaans in meters gemeten. Een van de voordelen van het meten van de opvoerhoogte in meters is dat de QH-curve niet beïnvloed wordt door de dichtheid van de vloeistof.

In een typische QH-curve voor een centrifugaalpomp zorgt een laag debiet voor
een hoge opvoerhoogte, en zorgt een hoog debiet voor een lage opvoerhoogte.

De ŋ-curve meet de efficiëntie van de pomp.

De efficiëntie is de verhouding tussen het geleverde hydraulisch vermogen en de verbruikte stroom.

De efficiëntie hangt af van het werkpunt van de pomp, wat het belang aangeeft van het kiezen van een pomp die past bij de debietbehoefte zodat de pomp altijd binnen het meest efficiënte debietbereik werkt.

Dan hebben we de P2-curve.
De P2-curve meet de verhouding tussen het stroomverbruik van een pomp en het debiet. Voor de meeste centrifugaalpompen neemt de P2-waarde toe
wanneer het debiet toeneemt.

Als laatste is er de NPSH-curve.
Dit staat voor "net positive suction head" en geeft de minimale absolute druk aan die aan de zuigzijde van een pomp nodig is om cavitatie te voorkomen.

Cavitatie houdt in dat er kleine stoombelletjes in de pomp ontstaan doordat de druk te laag is.

Dit kan schade aan de pomp veroorzaken.
De NPSH-waarde wordt in meters aangegeven en hangt af van het debiet. Wanneer het debiet toeneemt neemt ook de NPSH-waarde toe.

Hiermee zijn we aan het eind van de basis-inleiding over pompcurves.

Bedankt voor het kijken!