In 1976 kwamen 4000 leden van het American Legion bijeen voor hun jaarlijkse congres in een hotel in Philadelphia.

Binnen drie dagen na het congres begonnen legionairs te overlijden aan een mysterieuze ziekte die leek op een longontsteking.

De ziekte werd in de media als snel de 'Philly Killer' genoemd.

Een toepasselijke naam voor een ziekte die met één uitbraak 221 besmettingen en 34 doden opleverde.

Toen de medewerkers van het CDC (vgl. RIVM) een jaar later hun rapport over de uitbraak publiceerden, gaven ze de ziekte de nu algemeen bekende naam: veteranenziekte.

Ook nu, meer dan dertig jaar later, blijft de veteranenziekte een zeer reëel risico voor mensen wereldwijd.

Het sterftecijfer voor de veteranenziekte ligt tussen 5% en 30% en jaarlijks belanden er in de VS tussen 8.000 en 18.000 mensen mee in het ziekenhuis.

Wereldwijd ligt dat aantal uiteraard veel hoger.

De veteranenziekte wordt veroorzaakt door inademing van legionnella pneumophila.

Legionnella pneumophila is een natuurlijke bacterie die voorkomt bij temperaturen tussen 25 °C en 46 °C.

De bacterie leeft vaak in biofilm op vochtige plekken, bijvoorbeeld in stilstaand water.

Biofilm is een slijmerige afzetting waarin zich micro-organismen ontwikkelen, die zeer resistent is tegen desinfectiemiddelen.

Wanneer verontreinigd water gaat stromen, bijvoorbeeld in een douche, ontstaan waterdruppeltjes in de lucht die aerosolen worden genoemd.

Deze kunnen bacteriën overbrengen naar de luchtwegen van mensen.