Levensduur pomp verlengen
Ontdek welke voorzorgsmaatregelen u kunt nemen om de levensduur van pompen en motoren te verlengen.
Zodra de pomp onder de grond is geïnstalleerd, wilt u dat deze zo lang mogelijk meegaat, aangezien reparaties onhandig en kostbaar zijn.
U moet met een aantal zaken rekening houden om defecten aan de pomp en complicaties in de bron te voorkomen.
In deze opdracht maakt u kennis met een aantal meest voorkomende uitdagingen binnen grondwatertoepassingen en leert u oplossingen hiervoor kennen, zodat uw pompen zo lang mogelijk blijven functioneren.
De volgende uitdagingen zijn de meest voorkomende redenen dat de levensduur van de pomp verkort wordt:
- Uitdagingen voedingsspanning
- Onvoldoende motorkoeling
- Zand
- Waterslag
- en cavitatie
Laten we deze punten een voor een bekijken en zien hoe deze problemen opgelost kunnen worden.
Een stabiele, homogene energievoorziening is de verantwoordelijkheid van het elektriciteitsbedrijf. Maar het is niet altijd vanzelfsprekend. In veel gebieden fluctueert de energievoorziening, wat heel wat uitdagingen kan bieden, zoals over- en onderspanning, onbalans in fasespanning en faseverlies.
U kunt niets doen om fluctuaties in de energievoorziening te voorkomen, maar u kunt wel een motorbeveiliging installeren. Een motorbeveiliging schakelt de netvoeding uit als een van de beschreven omstandigheden een kritiek niveau bereikt.
Overbelasting kan zowel worden veroorzaakt door een verandering in het werkpunt van de pomp als door slijtage van de pomp waardoor deze meer wrijving genereert dan toen hij nieuw was.
Er moet altijd een overbelastingsbeveiliging worden geïnstalleerd ter bescherming tegen de schade die overbelasting kan veroorzaken. Deze beveiliging beschermt tegen zowel een lagere overbelasting gedurende langere tijd en een plotselinge totale blokkering die ineens ontstaat.
Laten we nu eens kijken naar hoe onvoldoende koeling van de motor de operationele betrouwbaarheid in gevaar kan brengen. De motor is het gevoeligste onderdeel van een pompsysteem en extreme temperaturen zullen de motor uiteindelijk kapot maken.
Het grondwater koelt de motor als deze draait. Voor voldoende koeling zijn twee dingen noodzakelijk:
- De temperatuur van het grondwater mag niet hoger zijn dan de nominale omgevingstemperatuur van de motor
- Het debiet na de motor moet altijd minimaal 0,15 meter per seconde zijn. Hoe sneller het water stroomt, des te efficiënter de koeling.
Als de temperatuur van het water hoger is dan de temperatuur die op de motor wordt weergegeven, kunt u ervoor kiezen het debiet na de motor te verhogen of de motor anders af te stellen. Als het vereiste debiet na de motor niet verkregen kan worden, kan er een doorstroombuis worden geplaatst die de watersnelheid verhoogt tot minimaal de vereiste snelheid.
Net als in het geval van een slechte energievoorziening en overbelasting is het verstandig om een beveiliging te installeren om ervoor te zorgen dat de motor stopt wanneer de temperatuur te hoog wordt. Een te hoge motortemperatuur verkort de levensduur van de motor aanzienlijk en veroorzaakt schade die de motor uiteindelijk kapot zal maken.
En dan is er nog het zand. Zand speelt altijd een rol bij grondwatertoepassingen, maar het kan riskant zijn als de pomp er niet tegen beschermd wordt. Als de bron niet goed is ontworpen en ontwikkeld, dan werkt de zandfilter niet en komt er nog steeds zand in de put, hetgeen de pomp te zijner tijd kapot zal maken.
Waterslag is nog iets dat de pomp kan beschadigen. Het treedt op wanneer de pomp te snel stopt en de energie van het stromende water plots gestopt wordt. Waterslag kan worden herkend als een hard geluid, net alsof er iemand op de leidingen slaat. Het beschadigt zowel de pomp, de leidingen als de kleppen en moet zo snel mogelijk verholpen worden.
Een manier om dit probleem op te lossen, is de pomp te voorzien van een soft-start en soft-stop. Een andere oplossing is het aanbrengen van een luchtbuffer in de leiding om de energie in het water te absorberen.
Tenslotte is er nog cavitatie: een logisch gevolg van een daling van het statisch waterpeil en een hoge watertemperatuur. Als het waterniveau daalt, daalt de inlaatdruk ook en in combinatie met een hoog debiet boven het werkpunt van de pomp kan dit ertoe leiden dat het water gaat koken. De snelle vorming en het uit elkaar barsten van luchtbellen in kokend water kan de pomp kapot maken als er niet zeer snel iets aan gedaan wordt.
Als u cavitatie opmerkt, is een oplossing de pomp dieper in de bron te laten zakken om weer de juiste druk te krijgen of om het debiet te verlagen.
Zoals u kunt zien, zijn er veel factoren die mogelijk negatieve gevolgen kunnen hebben op de levensduur van de pomp. Het loont om deze punten goed in de gaten te houden en proactief te handelen als u wilt dat uw pompen langer meegaan en wilt besparen op onderhoud en reparaties.